Van lezen komt hier voorlopig niet veel in huis, laat staan van boekverslagen schrijven. Het dunne boekje “Wat ik nog weet” van Diane Broeckhoven heb ik wel uitgekregen. Het was Mark Cloostermans, recensent en boekblogger, die mij de tip aan de hand deed in De Standaard. Bij deze een mini-verslag over een mini-boekje.
In Wat ik nog weet komen afwisselend Manon en zoon Peter aan het woord. Manon is huismoeder en staat altijd klaar voor man en kroost. Tot op een dag haar man haar verlaat en ze er met haar drie kinderen alleen voor staat. Vooral de moeilijke relatie met Peter wordt belicht in het boek.
Midden in een zin kon ik mijn werk beëindigen als ze het grindpad op fietsten. Ik streek het vel papier glad, legde de krakende hoes over de machine en ontving hen met thee en suikervrije koeken, zoals dat in die jaren gebruikelijk was. Ik had geen vermoeden dat ze me ooit grootmoedig zouden verwijten hoe ze hadden geleden onder het feit dat niets aan mijn aandacht ontsnapte. Hoe ze zich soms verstikt hadden gevoeld in een overdosis moederlijke aandacht. Zelf vond ik het een verdienste om op ieder moment van de dag en de nacht op afroep beschikbaar te zijn. Voor iedereen.
Ik heb erg genoten van dit boekje. Het was ontroerend, eenvoudig en degelijk. Ik ga zeker nog werk van mevrouw Broeckhoven lezen!
Het staat op mijn to read lijst… Het fragment spreekt me alleszins al aan!